IN NIELS’ GARAGE | Onze Bugatti Type 44 uit 1930 is klaar!

In In Niels’ Garage brengen we je uitsluitend auto’s die we zélf in de garage hebben staan (of die we in onze garage willen hébben staan). Onze ultieme verzameling zo je wilt. Dit keer: onze Bugatti Type 44 uit 1930, die na een restauratie van ruim 12 jaar weer door het Drentse land blaast.

Tekst: Niels Godron
Foto’s: Jorn Veerbeek

De geur van olie, benzine en leer; dat is wat ik me het meest herinner van de garage van mijn grootvader. Als klein jongetje bracht ik – voor mijn gevoel – uren door in zijn tijdcapsule. Een heiligdom vol motoronderdelen, oude chassis’ en antiek gereedschap, met in het hart van de ruimte zijn grote trots: een Bugatti Type 44 uit 1930.

Huize Ivicke in 1966. Foto: collectie gemeentearchief Wassenaar

Landhuis

De anekdote over hoe de Bugatti in zijn bezit kwam, is inmiddels legendarisch binnen de familie. Mijn grootvader was architect en nadat hij in Wassenaar een landhuis had verbouwd voor de moeder van een Bugatti-verzamelaar zag hij zijn kans schoon: hij stelde voor geen factuur te sturen, maar de betaling in natura af te handelen. Voor de duidelijkheid: in de vorm van een Bugatti bedoel ik dus hè?

“Hij stelde voor de betaling in natura af te handelen”

De stapel foto’s waaruit hij mocht kiezen, bevatte auto’s die door heel Europa gestald stonden, wachtend op betere tijden. Het waren de jaren zestig, een tijdperk waarin je de machines van het magische Franse automerk nog in het wild kon tegenkomen in vergeten garages en vervallen schuren.

Na een bewogen leven in Frankrijk en Tsjechoslowakije komt onze Bugatti Type 44 aan op het station in Gouda, circa 1966. Foto: collectie Godron

Maar daar zou snel verandering in komen. In het kielzog van de Grand Prix-racers werden ook de grand tour-auto’s steeds populairder en de rest is geschiedenis: als er nu ergens een echte Bugatti wordt gevonden, staan de veilinghuizen in de rij om een graantje mee te pikken.

Functie voor vorm

De Type 44 kwam met de trein vanuit Tsjechoslowakije naar Nederland, waarna mijn grootvader met zijn autovrienden begon aan wat we nu een “typische jaren zeventig-restauratie” noemen, waarbij functie vaak voor vorm ging.

Het werd een meerjarenproject waarbij overigens evenveel wijn vloeide als olie. In 1976 rolde de Bugatti voor het eerst over ’s heeren wegen; het begin van talloze rally-avonturen in binnen- en buitenland.

“Een project waarbij evenveel wijn vloeide als olie”

Nadat mijn vader het stokje had overgenomen, besloten we aanvankelijk alleen de spatborden aan te passen, maar het werd opnieuw een totale restauratie. Dit keer met oog voor de originele Bugatti-details waar Godron sr. het niet zo nauw mee had genomen.

Onder regie van Bugatti-restaurateur Harry Kouwen werkten we samen met gezworen autovriend Edwin ruim twaalf (!) jaar aan de wederopstanding van de Type 44, waarbij dit keer naast wijn en olie ook tranen vloeiden: vooral toen we erachter kwamen dat ook de motor compleet gereviseerd moest worden.

Maar het is het allemaal waard geweest. Toen we begin dit jaar tijdens de voorjaarsrally van de Bugatti Club Nederland het doek van de auto trokken, was dat het startschot voor de Bugatti-avonturen van een volgende generatie. Mijn grootvader zou trots zijn geweest.

Alle foto’s: © Jorn Veerbeek / Niels’ Garage

Mijn grootvader wilde de Bugatti klaar hebben voor het huwelijk van mijn oom in 1976; wij nu voor die van mijn zus Sanne.

Mijn vader (achter het stuur) en grootvader dalen af in Elsloo (Zuid-Limburg), tijdens een van de eerste rally’s waar de Type 44 aan meedoet. Foto: collectie Godron