Laat ik meteen benadrukken dat ik geen groot fan ben van Nico Rosberg. In mijn ogen is hij de verpersoonlijking van de Duitse coureur (ook al stroomt er Fins bloed door zijn aderen); aardig, voorkomend, maar een beetje té consistent. Ik ben zelf meer een Verstappen-man (groot ego, lekker veel drama). Maar dat er nog steeds mensen zijn die Rosberg verwijten dat hij stopte op het hoogtepunt van zijn carrière vind ik niet terecht. Dit is waarom.
Kijk, net als bijvoorbeeld professionele voetballers, presteren Formule 1 coureurs op de top van wat menselijk mogelijk is, zowel fysiek als mentaal. Als je daaraan twijfelt nodig ik je uit eens een paar uur achter elkaar te gaan karten. Ik garandeer je dat je er gebroken uitkomt, als je het al volhoudt. En bedenk dan dat de g-krachten waaraan Formule 1 coureurs in bochten worden blootgesteld twee keer zo hoog is als die van de gemiddelde wedstrijdkarter.
En dan is er nog de ándere kant van F1-racen. Want anders dan professionele voetballers, die tenminste een kwartier per wedstrijd passief aan de wedstrijd kunnen deelnemen, moeten F1-coureurs de hele race 100% gefocust zijn; je gedachten laten afdwalen is dodelijk. Dit mentale spel op het scherpst van de snede is wat professioneel racen onderscheidt van andere sporten.
Champagne
Terug naar Nico Rosberg met dat in het achterhoofd. Een jonge Duitser die bijna zijn hele leven toewerkte naar dat ene doel: een stoeltje in de Formule 1. Natuurlijk, stiekem droomde kleine Nico van het ultieme in motorsport – hij zag zichzelf staan op de hoogste trede, de beker van de wereldkampioen boven zijn hoofd, de champagne druipend over pet en gezicht. Maar dromen komen meestal niet uit.
Of toch wel? Nico was tenslotte de zoon van “King of the atmospherics” Keijo Erik “Keke” Rosberg, winnaar van het wereldkampioenschap in 1982 – dus met de genen zat het wel goed. Keke moet de progressie van zijn zoon hebben gevolgd met een mix van trots en angst. En met goede reden: hij beëindigde zijn carrière in 1986 nadat zijn goede vriend Elio de Angelis in een Brabham verongelukte op het Circuit Paul Ricard.
“Hij zag zichzelf staan met de beker van de wereldkampioen boven zijn hoofd”
De risico’s van racen in de koningsklasse moet onderwerp van gesprek zijn geweest bij de Rosbergs thuis. De dood van Angelis was de zoveelste in een lange rij verschroeiende crashes sinds de introductie van F1 in 1950. Zelfs het kampioenschapsjaar van Keke in 1982 is in de boeken vooral bekend door het verongelukken van Gilles Villeneuve op Zolder en een zware crash op Hockenheim die het einde betekende van de carrière van Ferrari-coureur Didier Pironi. Aan de andere kant: de Formule 1 is sinds het turbotijdperk van de jaren ’80 een veiligere plek geworden.
Fast forward naar 2010, als Nico een stoeltje veilig stelt in het Mercedes-team, naast legende Michael Schumacher. Dichtbij het winnen van een Grand Prix is hij nog lang niet, maar zijn overstap van Williams naar Mercedes is een bevestiging van zijn harde werk en goede prestaties. Ondertussen had Nico zelf ook al ervaren hoe gevaarlijk Formule 1 kan zijn, met als pijnlijk hoogtepunt een snoeiharde ontmoeting met een bandenstapel tijdens de Braziliaanse Grand Prix van 2006. Die moet een litteken hebben achtergelaten op zijn jonge ziel.
Stip aan de horizon
Het stopte Rosberg niet zich verder te verbeteren en in 2012 wint de ambitieuze coureur voor het eerst een Grand Prix. Het kampioenschap is dan nog een stip aan de horizon, die allesbehalve dichterbij komt als oude leeuw Schumacher bij Mercedes wordt vervangen door een andere voormalig wereldkampioen: Lewis Hamilton eindigt in zijn eerste jaar in een silver arrow direct boven Rosberg en we weten allemaal wat de jaren daarna brachten.
“Naarmate het seizoen vorderde, keerden Rosbergs kansen”
In 2014 en 2015 eindigde Rosberg als beste van de rest, achter een niet te stoppen Hamilton en niemand twijfelde eraan dat 2016 eenzelfde verloop zou kennen. Daar kwam nog bij dat Red Bull steviger aan de poort zou komen rammelen met een betere auto; en niemand wist waar Ferrari’s Sebastian Vettel toe in staat was. Maar naarmate het seizoen vorderde, keerden Rosbergs kansen. Terwijl zijn getalenteerde teamgenoot worstelde met haperende techniek, reed Rosberg maar liefst vier keer achter elkaar naar de winst.
Toen Hamilton eindelijk op gang kwam, had Rosberg al een grote voorsprong in het kampioenschap. Sterker, in het vervolg van het seizoen zegevierde Rosberg nog vier keer en eindigde hij drie keer op het podium. Na het winnen van de Japanse Grand Prix was het verschil met Hamilton opgelopen tot 33 punten. Met nog maar vier races op de kalender lag de titel voor het grijpen.
… Fade-uit naar zwart met spannende pianomuziek…
En toen liet Hamilton zien waarom hij de meest dominante coureur van de laatste jaren is. Hij won alle resterende Grand Prix’ en het is alleen doordat Rosberg in alle gevallen als tweede eindigde dat de Duitse held van dit verhaal de titel kon pakken in Abu Dhabi, de allerlaatste race van het seizoen.
En dat was dat. Na twee decennia hard werk schreef het jochie uit Wiesbaden geschiedenis. Vierendertig jaar nadat zijn vader het wereldkampioenschap op zijn naam schreef (net als zijn zoon profiteerde ook Keke van de malheur van de gedoodverfde favoriet), was de cirkel rond.
Apenrots
Beeld je nu eens in dat je Rosberg bent. Waar zou jij aan denken in de dagen na het behalen van het kampioenschap? Net als Nico zou je je realiseren dat de F1-arena er in 2017 compleet anders uit zou zien. Het ligt voor de hand dat Hamilton zijn plek op de apenrots wil terugveroveren. Ambitieuze coureurs als Ricciardo en Verstappen staan te popelen om je van pole position te verdrijven; en dan is er nog viervoudig kampioen Sebastian Vettel die in Abu Dhabi zijn talent demonstreerde door vanaf P5 ten koste van de Red Bulls het podium te halen.
Kortom, om zijn titel te verdedigen, had Nico in 2017 opnieuw boven zichzelf uit moeten stijgen. Hij zou risico’s moeten nemen waarbij hij zich niet comfortabel voelt. Als je goed kijkt naar de foto’s van Nico met de beker van de wereldkampioen in zijn handen, kletsnat van de champagne, zie je het in zijn ogen. Hij wist daar al dat zijn leven op het punt stond dramatisch te veranderen. Hij dacht aan zijn vrouw Vivian en zijn dochtertje en aan wat ze voor hem hadden opgegeven.
Dat zijn gedachten die een Formule 1-coureur zich niet kan veroorloven. Niet als je met 320 km/h op een muur afrijdt.
Giuseppe Campari
In 1933, een dag voor de Italiaanse Grand Prix op Monza, kondigde de legendarische coureur Giuseppe Campari zijn pensioen aan. Hij nam afscheid van de racesport om professioneel operazanger te worden. Na een carrière van bijna twintig jaar, waarin hij talloze races won (waaronder de Mille Miglia en de Italiaanse Grand Prix), wilde hij ondervinden wat het leven nog meer voor hem in petto had. In zijn allerlaatste race voor Scuderia Ferrari slipte Campari’s Alfa Romeo in een plas olie en landde op de kop. Hij was op slag dood.
Nico Rosberg stopte precies op tijd. Het ga hem goed.
Praat mee